Een brede familie met als belangrijkste kenmerk de harde gepantserde kop. We kennen naast de rode poon de grauwe poon - Chelidonichtys gurnardus en de gestreepte poon - Chelidonichtys lastoviza waarvan we de eerste 2 regelmatig mogen bewonderen. De poon die soms hoorbaar geluid produceert is door onze oosterburen omgedoopt tot Knorhaan.
Naast de stekelige vinnen vallen de zijvinnen het meest op door hun vorm. Ovaal alsof ze weerszijde een vleugel hebben. De echte rode poon is niet te verwarren met de grauwe poon die veel vaker gevangen wordt. De echte rode poon is felrood en heeft een blauwe gloed op de rand van de borstvinnen. De grauwe poon kan ook deels een roodachtige kleur bevatten maar heeft geen echt felle kleuren. Door soms zijn grote plaatselijke aanwezigheid kunnen de ponen een ware plaag vormen voor de sportvisser die gericht op wat anders vist.
Ondanks dat ze soms een plaag vormen nemen we ze maar wat graag mee. Want een vers gerookte Rode Poon is een ware delicatesse.